Quran Apps in many lanuages:

Surah Al-Maeda Ayahs #111 Translated in Dutch

فَإِنْ عُثِرَ عَلَىٰ أَنَّهُمَا اسْتَحَقَّا إِثْمًا فَآخَرَانِ يَقُومَانِ مَقَامَهُمَا مِنَ الَّذِينَ اسْتَحَقَّ عَلَيْهِمُ الْأَوْلَيَانِ فَيُقْسِمَانِ بِاللَّهِ لَشَهَادَتُنَا أَحَقُّ مِنْ شَهَادَتِهِمَا وَمَا اعْتَدَيْنَا إِنَّا إِذًا لَمِنَ الظَّالِمِينَ
Maar indien het blijkt, dat beiden aan oneerlijkheid schuldig zijn geweest, zullen twee anderen in hunne plaats worden gesteld, van degenen die hen van valschheid hebben overtuigd, en wel de twee naasten in den bloede; en zij zullen bij God zweren, zeggende: Waarlijk, onze getuigenis is meer waar dan de getuigenis van deze beide; wij hebben niet pogen te verleiden; want dan zouden wij tot het getal der onrechtvaardigen behooren.
ذَٰلِكَ أَدْنَىٰ أَنْ يَأْتُوا بِالشَّهَادَةِ عَلَىٰ وَجْهِهَا أَوْ يَخَافُوا أَنْ تُرَدَّ أَيْمَانٌ بَعْدَ أَيْمَانِهِمْ ۗ وَاتَّقُوا اللَّهَ وَاسْمَعُوا ۗ وَاللَّهُ لَا يَهْدِي الْقَوْمَ الْفَاسِقِينَ
Dit zal gemakkelijker zijn, dat de menschen eene getuigenis afleggen overeenkomstig hare ware bedoeling, of zij zullen vreezen, dat een andere eed na hunnen eed mocht worden afgelegd. Vreest daarom God en luistert; want God leidt de onrechtvaardigen niet.
يَوْمَ يَجْمَعُ اللَّهُ الرُّسُلَ فَيَقُولُ مَاذَا أُجِبْتُمْ ۖ قَالُوا لَا عِلْمَ لَنَا ۖ إِنَّكَ أَنْتَ عَلَّامُ الْغُيُوبِ
Op zekeren dag zal God de apostels vereenigen en tot hen zeggen: Welk een antwoord werd u gegeven, toen gij voor het volk hebt gepredikt, naar hetwelk gij werd afgezonden? Zij zullen antwoorden: Wij hebben geene kennis, maar gij kent de geheimen.
إِذْ قَالَ اللَّهُ يَا عِيسَى ابْنَ مَرْيَمَ اذْكُرْ نِعْمَتِي عَلَيْكَ وَعَلَىٰ وَالِدَتِكَ إِذْ أَيَّدْتُكَ بِرُوحِ الْقُدُسِ تُكَلِّمُ النَّاسَ فِي الْمَهْدِ وَكَهْلًا ۖ وَإِذْ عَلَّمْتُكَ الْكِتَابَ وَالْحِكْمَةَ وَالتَّوْرَاةَ وَالْإِنْجِيلَ ۖ وَإِذْ تَخْلُقُ مِنَ الطِّينِ كَهَيْئَةِ الطَّيْرِ بِإِذْنِي فَتَنْفُخُ فِيهَا فَتَكُونُ طَيْرًا بِإِذْنِي ۖ وَتُبْرِئُ الْأَكْمَهَ وَالْأَبْرَصَ بِإِذْنِي ۖ وَإِذْ تُخْرِجُ الْمَوْتَىٰ بِإِذْنِي ۖ وَإِذْ كَفَفْتُ بَنِي إِسْرَائِيلَ عَنْكَ إِذْ جِئْتَهُمْ بِالْبَيِّنَاتِ فَقَالَ الَّذِينَ كَفَرُوا مِنْهُمْ إِنْ هَٰذَا إِلَّا سِحْرٌ مُبِينٌ
Als God zal zeggen: o Jezus! zoon van Maria: gedenk mijne gunst omtrent u en omtrent uwe moeder, toen ik u sterkte met den heiligen geest, opdat gij tot de menschen in hunne wieg zoudt spreken, en toen gij zijt opgegroeid. En toen ik u de schrift onderwees en wijsheid, en de wet en het evangelie; en toen gij, door mijn verlof, slijk in den vorm van een vogel hebt gebracht, en dat gij er in hebt geblazen en dat het door mijn verlof een vogel werd, en dat gij een blindgeborene en een melaatsche door mijn verlof hebt genezen, en toen gij, door mijn verlof, de dooden hunne graven deedt verlaten, en toen ik de kinderen Isra
وَإِذْ أَوْحَيْتُ إِلَى الْحَوَارِيِّينَ أَنْ آمِنُوا بِي وَبِرَسُولِي قَالُوا آمَنَّا وَاشْهَدْ بِأَنَّنَا مُسْلِمُونَ
En toen ik de apostelen gebood, zeggende: Gelooft in mij en in mijn gezant, antwoordden zij: Wij gelooven, en gij zijt getuige, dat wij Gode zijn onderworpen.

Choose other languages: