Quran Apps in many lanuages:

Surah Al-Araf Ayahs #44 Translated in Dutch

إِنَّ الَّذِينَ كَذَّبُوا بِآيَاتِنَا وَاسْتَكْبَرُوا عَنْهَا لَا تُفَتَّحُ لَهُمْ أَبْوَابُ السَّمَاءِ وَلَا يَدْخُلُونَ الْجَنَّةَ حَتَّىٰ يَلِجَ الْجَمَلُ فِي سَمِّ الْخِيَاطِ ۚ وَكَذَٰلِكَ نَجْزِي الْمُجْرِمِينَ
Waarlijk, hun die onze teekens van valschheid zullen beschuldigen, en deze trotsch verwerpen, hun zullen de deuren des hemels niet geopend worden; nimmer zullen zij het paradijs binnentreden, tot een kemel door het oog van eene naald gaat, en z
لَهُمْ مِنْ جَهَنَّمَ مِهَادٌ وَمِنْ فَوْقِهِمْ غَوَاشٍ ۚ وَكَذَٰلِكَ نَجْزِي الظَّالِمِينَ
Hun bed zal de hel zijn, en zij zullen met dekens van vuur bedekt worden; en z
وَالَّذِينَ آمَنُوا وَعَمِلُوا الصَّالِحَاتِ لَا نُكَلِّفُ نَفْسًا إِلَّا وُسْعَهَا أُولَٰئِكَ أَصْحَابُ الْجَنَّةِ ۖ هُمْ فِيهَا خَالِدُونَ
Doch zij, die gelooven en doen wat recht is (en wij zullen geene ziel eene zwaardere last opleggen dan die zij kan dragen), zullen de gezellen van het paradijs zijn; eeuwig zullen zij daarin verblijven.
وَنَزَعْنَا مَا فِي صُدُورِهِمْ مِنْ غِلٍّ تَجْرِي مِنْ تَحْتِهِمُ الْأَنْهَارُ ۖ وَقَالُوا الْحَمْدُ لِلَّهِ الَّذِي هَدَانَا لِهَٰذَا وَمَا كُنَّا لِنَهْتَدِيَ لَوْلَا أَنْ هَدَانَا اللَّهُ ۖ لَقَدْ جَاءَتْ رُسُلُ رَبِّنَا بِالْحَقِّ ۖ وَنُودُوا أَنْ تِلْكُمُ الْجَنَّةُ أُورِثْتُمُوهَا بِمَا كُنْتُمْ تَعْمَلُونَ
En wij zullen alle wrok van hunne harten wegnemen. Rivieren zullen aan hunnen voet stroomen, en zij zullen zeggen: Geloofd zij God, die ons tot zijne zaligheid heeft geleid; want wij zouden niet recht zijn geleid geworden, indien God ons niet geleid had; thans zijn wij door bewijzen overtuigd, dat de profeten van onzen Heer met waarheid tot ons kwamen. En het zal hun worden verkondigd: Dit is het paradijs, waarvan gij de erfgenamen zijt geworden, als eene belooning voor hetgeen gij gedaan hebt.
وَنَادَىٰ أَصْحَابُ الْجَنَّةِ أَصْحَابَ النَّارِ أَنْ قَدْ وَجَدْنَا مَا وَعَدَنَا رَبُّنَا حَقًّا فَهَلْ وَجَدْتُمْ مَا وَعَدَ رَبُّكُمْ حَقًّا ۖ قَالُوا نَعَمْ ۚ فَأَذَّنَ مُؤَذِّنٌ بَيْنَهُمْ أَنْ لَعْنَةُ اللَّهِ عَلَى الظَّالِمِينَ
En de bewoners van het paradijs zullen de bewoners der hel toeroepen: Nu hebben wij gevonden, dat hetgeen onze Heer ons heeft beloofd, waarheid is, hebt gij ook gevonden, dat hetgeen uw Heer u heeft beloofd, waarheid is? Zij zullen antwoorden: Ja, een heraut zal deze woorden tusschen hen uitroepen: Gods vloek zij over de boozen.

Choose other languages: