Surah At-Tawba Ayahs #101 Translated in Dutch
الْأَعْرَابُ أَشَدُّ كُفْرًا وَنِفَاقًا وَأَجْدَرُ أَلَّا يَعْلَمُوا حُدُودَ مَا أَنْزَلَ اللَّهُ عَلَىٰ رَسُولِهِ ۗ وَاللَّهُ عَلِيمٌ حَكِيمٌ
De Arabieren van de woestijn zijn nog hardnekkiger in hun ongeloof en hunne huichelarij; en het is gemakkelijker voor hen, onbekend te zijn met de bevelen van hetgeen God Zijnen gezant heeft nedergezonden en God is alwetend en wijs.
وَمِنَ الْأَعْرَابِ مَنْ يَتَّخِذُ مَا يُنْفِقُ مَغْرَمًا وَيَتَرَبَّصُ بِكُمُ الدَّوَائِرَ ۚ عَلَيْهِمْ دَائِرَةُ السَّوْءِ ۗ وَاللَّهُ سَمِيعٌ عَلِيمٌ
Onder de Arabieren van de woestijn zijn er die, wat zij voor God hebben besteed, als eene schatting rekenen te zijn, en wachten dat u eene wisseling der fortuin mocht overkomen. Eene wisseling ten kwade zal over hen komen; want God hoort en weet alles.
وَمِنَ الْأَعْرَابِ مَنْ يُؤْمِنُ بِاللَّهِ وَالْيَوْمِ الْآخِرِ وَيَتَّخِذُ مَا يُنْفِقُ قُرُبَاتٍ عِنْدَ اللَّهِ وَصَلَوَاتِ الرَّسُولِ ۚ أَلَا إِنَّهَا قُرْبَةٌ لَهُمْ ۚ سَيُدْخِلُهُمُ اللَّهُ فِي رَحْمَتِهِ ۗ إِنَّ اللَّهَ غَفُورٌ رَحِيمٌ
En onder de Arabieren van de woestijn zijn er, die in God en den jongsten dag gelooven en die, hetgeen voor God wordt besteed, als een middel achten, om nader tot God gebracht te worden en de geboden van den gezant te verwerven. Is het middel tot die nadering niet in hunne handen? God zal hen in zijne genade opnemen; want God is barmhartig en genadig.
وَالسَّابِقُونَ الْأَوَّلُونَ مِنَ الْمُهَاجِرِينَ وَالْأَنْصَارِ وَالَّذِينَ اتَّبَعُوهُمْ بِإِحْسَانٍ رَضِيَ اللَّهُ عَنْهُمْ وَرَضُوا عَنْهُ وَأَعَدَّ لَهُمْ جَنَّاتٍ تَجْرِي تَحْتَهَا الْأَنْهَارُ خَالِدِينَ فِيهَا أَبَدًا ۚ ذَٰلِكَ الْفَوْزُ الْعَظِيمُ
Wat de leiders en de hoofden der Mohajerin en de Ansars betreft, en degenen die hen in het uitoefenen van weldaden, hebben gevolgd, God is voldaan over hen, en zij zijn voldaan over hem, en hij heeft tuinen voor hen bereid met rivieren doorsneden. Eeuwig zullen zij daarin verblijven. Dit zal eene groote zaligheid zijn.
وَمِمَّنْ حَوْلَكُمْ مِنَ الْأَعْرَابِ مُنَافِقُونَ ۖ وَمِنْ أَهْلِ الْمَدِينَةِ ۖ مَرَدُوا عَلَى النِّفَاقِ لَا تَعْلَمُهُمْ ۖ نَحْنُ نَعْلَمُهُمْ ۚ سَنُعَذِّبُهُمْ مَرَّتَيْنِ ثُمَّ يُرَدُّونَ إِلَىٰ عَذَابٍ عَظِيمٍ
Onder de Arabieren van de woestijn, die rondom u wonen, zijn huichelachtige personen, en onder de bewoners van Medina zijn sommigen die hardnekkig in huichelarij zijn. Gij kent hen niet, o profeet! maar wij kennen hen; wij zullen hen zekerlijk tweemaal straffen; daarna zullen zij tot eene pijnlijke kastijding verwezen worden.
Choose other languages:

Albanian

Amharic

Azerbaijani

Bengali

Bosnian

Bulgarian

Burmese

Chinese

Danish

Dutch

English

Farsi

Filipino

French

Fulah

German

Gujarati

Hausa

Hindi

Indonesian

Italian

Japanese

Jawa

Kazakh

Khmer

Korean

Kurdish

Kyrgyz

Malay

Malayalam

Norwegian

Pashto

Persian

Polish

Portuguese

Punjabi

Russian

Sindhi

Sinhalese

Somali

Spanish

Swahili

Swedish

Tajik

Tamil

Tatar

Telugu

Thai

Turkish

Urdu

Uyghur

Uzbek

Vietnamese

Yoruba
