Quran Apps in many lanuages:

Surah An-Nisa Ayahs #38 Translated in Dutch

الرِّجَالُ قَوَّامُونَ عَلَى النِّسَاءِ بِمَا فَضَّلَ اللَّهُ بَعْضَهُمْ عَلَىٰ بَعْضٍ وَبِمَا أَنْفَقُوا مِنْ أَمْوَالِهِمْ ۚ فَالصَّالِحَاتُ قَانِتَاتٌ حَافِظَاتٌ لِلْغَيْبِ بِمَا حَفِظَ اللَّهُ ۚ وَاللَّاتِي تَخَافُونَ نُشُوزَهُنَّ فَعِظُوهُنَّ وَاهْجُرُوهُنَّ فِي الْمَضَاجِعِ وَاضْرِبُوهُنَّ ۖ فَإِنْ أَطَعْنَكُمْ فَلَا تَبْغُوا عَلَيْهِنَّ سَبِيلًا ۗ إِنَّ اللَّهَ كَانَ عَلِيًّا كَبِيرًا
De mannen zullen de voorkeur boven de vrouwen hebben, door de voordeelen, waarmede God den een heeft begiftigd, om boven de anderen uit te munten, en omdat zij van hun vermogen besteden om hunne vrouwen te onderhouden. De deugdzame vrouwen zijn gehoorzaam en onderworpen; zij bewaren zorgvuldig, gedurende de afwezigheid harer mannen, wat God haar bevolen heeft ongeschonden te bewaren. Gij zult haar bestraffen, wier ongehoorzaamheid gij hebt te vreezen. Sluit haar in afzonderlijke vertrekken op en tuchtigt haar. Maar indien zij u gehoorzaam zijn, zoekt dan geen twist met haar. God is verheven en groot.
وَإِنْ خِفْتُمْ شِقَاقَ بَيْنِهِمَا فَابْعَثُوا حَكَمًا مِنْ أَهْلِهِ وَحَكَمًا مِنْ أَهْلِهَا إِنْ يُرِيدَا إِصْلَاحًا يُوَفِّقِ اللَّهُ بَيْنَهُمَا ۗ إِنَّ اللَّهَ كَانَ عَلِيمًا خَبِيرًا
Indien gij eene breuk tusschen de beide echtgenooten vreest, kies dan een scheidsrechter in zijne familie en een scheidsrechter in hare familie: indien de echtgenooten zich wenschen te vereenigen, zal God hen in goede verstandhouding doen leven; want hij is alwetend en wijs.
وَاعْبُدُوا اللَّهَ وَلَا تُشْرِكُوا بِهِ شَيْئًا ۖ وَبِالْوَالِدَيْنِ إِحْسَانًا وَبِذِي الْقُرْبَىٰ وَالْيَتَامَىٰ وَالْمَسَاكِينِ وَالْجَارِ ذِي الْقُرْبَىٰ وَالْجَارِ الْجُنُبِ وَالصَّاحِبِ بِالْجَنْبِ وَابْنِ السَّبِيلِ وَمَا مَلَكَتْ أَيْمَانُكُمْ ۗ إِنَّ اللَّهَ لَا يُحِبُّ مَنْ كَانَ مُخْتَالًا فَخُورًا
Dien God en verbind geen schepsel met hem. Wees goed voor uwe vaders en moeders, voor bloedverwanten, weezen, armen, uwen nabuur, die u bestaat en ook voor den nabuur die vreemdeling is; voor uwe makkers, reizigers en voor hen die uwe rechterhand zal bezitten (slaven). God bemint de hoovaardige en snoevende menschen niet.
الَّذِينَ يَبْخَلُونَ وَيَأْمُرُونَ النَّاسَ بِالْبُخْلِ وَيَكْتُمُونَ مَا آتَاهُمُ اللَّهُ مِنْ فَضْلِهِ ۗ وَأَعْتَدْنَا لِلْكَافِرِينَ عَذَابًا مُهِينًا
Die gierig zijn en de gierigheid anderen aanbevelen, en verbergen wat God hun in zijne goedheid heeft gegeven. Wij hebben den ongeloovigen eene schandelijke straf bereid.
وَالَّذِينَ يُنْفِقُونَ أَمْوَالَهُمْ رِئَاءَ النَّاسِ وَلَا يُؤْمِنُونَ بِاللَّهِ وَلَا بِالْيَوْمِ الْآخِرِ ۗ وَمَنْ يَكُنِ الشَّيْطَانُ لَهُ قَرِينًا فَسَاءَ قَرِينًا
Hij bemint degenen niet, die aalmoezen geven om door de menschen te worden opgemerkt, en in God noch in den jongsten dag gelooven. Hij, die satan tot makker heeft, bezit een slechten makker.

Choose other languages: