Quran Apps in many lanuages:

Surah Al-Anfal Ayahs #50 Translated in Dutch

وَأَطِيعُوا اللَّهَ وَرَسُولَهُ وَلَا تَنَازَعُوا فَتَفْشَلُوا وَتَذْهَبَ رِيحُكُمْ ۖ وَاصْبِرُوا ۚ إِنَّ اللَّهَ مَعَ الصَّابِرِينَ
En gehoorzaamt God en zijn gezant, en weest niet verdeeld; daardoor zoudt gij ontmoedigd worden, en al uw welslagen hangt van u af; maar volhardt met geduld; want God is met hen die volharden.
وَلَا تَكُونُوا كَالَّذِينَ خَرَجُوا مِنْ دِيَارِهِمْ بَطَرًا وَرِئَاءَ النَّاسِ وَيَصُدُّونَ عَنْ سَبِيلِ اللَّهِ ۚ وَاللَّهُ بِمَا يَعْمَلُونَ مُحِيطٌ
En weest niet als zij, die onbeschaamd hunne huizen verlieten en met pralen onder de menschen verschenen, en van den weg van God afwenden; want God begrijpt wat zij doen.
وَإِذْ زَيَّنَ لَهُمُ الشَّيْطَانُ أَعْمَالَهُمْ وَقَالَ لَا غَالِبَ لَكُمُ الْيَوْمَ مِنَ النَّاسِ وَإِنِّي جَارٌ لَكُمْ ۖ فَلَمَّا تَرَاءَتِ الْفِئَتَانِ نَكَصَ عَلَىٰ عَقِبَيْهِ وَقَالَ إِنِّي بَرِيءٌ مِنْكُمْ إِنِّي أَرَىٰ مَا لَا تَرَوْنَ إِنِّي أَخَافُ اللَّهَ ۚ وَاللَّهُ شَدِيدُ الْعِقَابِ
En gedenkt, toen satan hunne daden voor hen vooraf beschikte en zeide: Niemand zal u heden overwinnen; en ik zal zeker nabij zijn, om u te helpen. Maar toen de beide legers elkander in het gezicht kwamen, wendde hij hun den rug toe, zeggende: Waarlijk, ik bemoei er mij niet mede, ik zie wat gij niet ziet, ik vrees God, want God is gestreng in het straffen.
إِذْ يَقُولُ الْمُنَافِقُونَ وَالَّذِينَ فِي قُلُوبِهِمْ مَرَضٌ غَرَّ هَٰؤُلَاءِ دِينُهُمْ ۗ وَمَنْ يَتَوَكَّلْ عَلَى اللَّهِ فَإِنَّ اللَّهَ عَزِيزٌ حَكِيمٌ
Toen de huichelaars, en zij in wier harten een gebrek zetelde, zeiden: Hun geloof verblindt hen. Maar hij die zijn vertrouwen in God stelt, weet dat hij machtig en wijs is.
وَلَوْ تَرَىٰ إِذْ يَتَوَفَّى الَّذِينَ كَفَرُوا ۙ الْمَلَائِكَةُ يَضْرِبُونَ وُجُوهَهُمْ وَأَدْبَارَهُمْ وَذُوقُوا عَذَابَ الْحَرِيقِ
En zoo gij hadt gezien toen de engelen de ongeloovigen doodden; toen sloegen zij hunne aangezichten en hunne ruggen en zeiden tot hen: Gevoelt gij de pijn der verbranding?

Choose other languages: