Quran Apps in many lanuages:

Surah Al-Qamar Ayahs #37 Translated in Dutch

كَذَّبَتْ قَوْمُ لُوطٍ بِالنُّذُرِ
Het volk van Lot beschuldigde zijne prediking van valschheid.
إِنَّا أَرْسَلْنَا عَلَيْهِمْ حَاصِبًا إِلَّا آلَ لُوطٍ ۖ نَجَّيْنَاهُمْ بِسَحَرٍ
Maar wij zonden een wind tegen hen, die eene regenbui van steenen voortdreef, welke hen allen verdelgde, behalve het gezin van Lot, dat wij vroeg in den ochtend bevrijdden.
نِعْمَةً مِنْ عِنْدِنَا ۚ كَذَٰلِكَ نَجْزِي مَنْ شَكَرَ
Dit was door onze gunst. Zoo beloonen wij hen, die dankbaar zijn.
وَلَقَدْ أَنْذَرَهُمْ بَطْشَتَنَا فَتَمَارَوْا بِالنُّذُرِ
En Lot had hen gewaarschuwd voor onze gestrenge kastijding; maar zij twijfelden aan die waarschuwing.
وَلَقَدْ رَاوَدُوهُ عَنْ ضَيْفِهِ فَطَمَسْنَا أَعْيُنَهُمْ فَذُوقُوا عَذَابِي وَنُذُرِ
Zij eischten zijne gasten, opdat zij hen zouden misbruiken; maar wij staken hunne oogen uit, zeggende: Proeft mijne wraak en mijne bedreiging.

Choose other languages: