Quran Apps in many lanuages:

Surah Al-Mumtahana Ayahs #5 Translated in Dutch

يَا أَيُّهَا الَّذِينَ آمَنُوا لَا تَتَّخِذُوا عَدُوِّي وَعَدُوَّكُمْ أَوْلِيَاءَ تُلْقُونَ إِلَيْهِمْ بِالْمَوَدَّةِ وَقَدْ كَفَرُوا بِمَا جَاءَكُمْ مِنَ الْحَقِّ يُخْرِجُونَ الرَّسُولَ وَإِيَّاكُمْ ۙ أَنْ تُؤْمِنُوا بِاللَّهِ رَبِّكُمْ إِنْ كُنْتُمْ خَرَجْتُمْ جِهَادًا فِي سَبِيلِي وَابْتِغَاءَ مَرْضَاتِي ۚ تُسِرُّونَ إِلَيْهِمْ بِالْمَوَدَّةِ وَأَنَا أَعْلَمُ بِمَا أَخْفَيْتُمْ وَمَا أَعْلَنْتُمْ ۚ وَمَنْ يَفْعَلْهُ مِنْكُمْ فَقَدْ ضَلَّ سَوَاءَ السَّبِيلِ
O ware geloovigen! kiest mijne vijanden en uwe vijanden niet tot uwe vrienden. Betoont hun geene vriendschap, nu zij niet de waarheid gelooven, die tot u is gekomen; en den gezant en u zelven uit uwe geboortestad hebben verdreven, omdat gij in God uwen Heer gelooft. Indien gij uit uwe woonplaatsen vertrekt ter verdediging van mijnen godsdienst en uit begeerte mij te behagen, en hun in het verborgen vriendschap betoont, waarlijk, ik ken wel wat gij verbergt en wat gij ontdekt; en gij die dit doet, is reeds van den rechten weg afgedwaald.
إِنْ يَثْقَفُوكُمْ يَكُونُوا لَكُمْ أَعْدَاءً وَيَبْسُطُوا إِلَيْكُمْ أَيْدِيَهُمْ وَأَلْسِنَتَهُمْ بِالسُّوءِ وَوَدُّوا لَوْ تَكْفُرُونَ
Indien zij u slechts ergens ontmoeten, zullen zij uwe vijanden zijn; zij zullen hunne handen en hunne tongen met boosheid naar u uitstrekken, en zij begeeren ernstig, dat gij ongeloovigen zult worden.
لَنْ تَنْفَعَكُمْ أَرْحَامُكُمْ وَلَا أَوْلَادُكُمْ ۚ يَوْمَ الْقِيَامَةِ يَفْصِلُ بَيْنَكُمْ ۚ وَاللَّهُ بِمَا تَعْمَلُونَ بَصِيرٌ
Noch uwe bloedverwanten, noch uwe kinderen zullen u van eenig nut zijn op den dag der opstanding, die u van elkander zal scheiden: en God ziet wat gij doet.
قَدْ كَانَتْ لَكُمْ أُسْوَةٌ حَسَنَةٌ فِي إِبْرَاهِيمَ وَالَّذِينَ مَعَهُ إِذْ قَالُوا لِقَوْمِهِمْ إِنَّا بُرَآءُ مِنْكُمْ وَمِمَّا تَعْبُدُونَ مِنْ دُونِ اللَّهِ كَفَرْنَا بِكُمْ وَبَدَا بَيْنَنَا وَبَيْنَكُمُ الْعَدَاوَةُ وَالْبَغْضَاءُ أَبَدًا حَتَّىٰ تُؤْمِنُوا بِاللَّهِ وَحْدَهُ إِلَّا قَوْلَ إِبْرَاهِيمَ لِأَبِيهِ لَأَسْتَغْفِرَنَّ لَكَ وَمَا أَمْلِكُ لَكَ مِنَ اللَّهِ مِنْ شَيْءٍ ۖ رَبَّنَا عَلَيْكَ تَوَكَّلْنَا وَإِلَيْكَ أَنَبْنَا وَإِلَيْكَ الْمَصِيرُ
Gij hebt een uitmuntend voorbeeld in Abraham, en zij die met hem waren, toen zij tot hun volk zeiden: Waarlijk wij zijn onschuldig aan u en aan de afgoden, welke gij naast God vereert; wij hebben afstand van u gedaan (u verloochend; en er is voor eeuwig haat en vijandschap tusschen ons gekomen, tot gij in God alleen gelooft. Doch gij zult Abraham niet navolgen in hetgeen hij tot zijn vader zeide: Waarlijk ik wil vergiffenis voor u vragen; maar ik kan niets ten uwen behoeve van God verkrijgen. O Heer! in u vertrouwen wij, en tot u zijn wij gewend, en voor u zullen wij hiernamaals worden verzameld.
رَبَّنَا لَا تَجْعَلْنَا فِتْنَةً لِلَّذِينَ كَفَرُوا وَاغْفِرْ لَنَا رَبَّنَا ۖ إِنَّكَ أَنْتَ الْعَزِيزُ الْحَكِيمُ
O Heer! leid ons niet in verzoeking door hen die niet gelooven, en vergeef ons, o Heer! want gij zijt de Machtige, en de Wijze.

Choose other languages: